Watersnoodramp van 1861
De Dorpsraad Rossum organiseert weer een interessante lezing. Iedere inwoner van Rossum en van het hele Rivierengebied wordt van harte voor deze lezing uitgenodigd.
De Bommelerwaard ligt tussen de Waal en de Maas, twee grote rivieren waarvan het water rustig naar zee stroomt. Maar soms gaan de rivieren verschrikkelijk te keer en staat het water tot aan de dijk, soms zelfs tot aan de kruin van de dijk.
In de 17e en 18e eeuw kwamen er in het Rivierengebied met enige regelmaat grote watersnoodrampen voor. Dat was het ook nog het geval in de 19e eeuw, vooral in het rampjaar 1861, toen in begin januari de Waaldijk bij Brakel doorbrak. Enkele dagen later braken ook nog dijken bij Zuilichem en Nieuwaal. Het Waalwater stroomde de Bommelerwaard in. Het kwam tot in Rossum. Huizen en schuren spoelden weg, veel vee verdronk. Ook onder de inwoners van Rossum waren er slachtoffers te betreuren.
De sociale en economische gevolgen van de ramp waren groot. De watersnood in het Rivierengebied werd als een nationale ramp beschouwd. Koning Willem III bezocht het getroffen gebied en gaf het startsein voor hulpacties. Deze werden op veel manieren georganiseerd en boden grote financiële steun aan de slachtoffers.
De watersnoodramp van 1861 heeft ertoe geleid dat de overheid zich nog nadrukkelijker dan voorheen voorbereidde hoe men deze grote rampen kon voorkomen. Van die tijd af zijn er plannen bedacht en uitgewerkt hoe de veiligheid in het Rivierengebied kon worden vergroot.
Dat hoge waterstanden in de onze rivieren rampzalige gevolgen kunnen hebben, weten we uit het recente verleden, zoals in 1993 en 1995, toen meer dan 200 000 inwoners uit het Rivierengebied in allerijl werden geëvacueerd. Er dreigden doorbraken op zwakke punten in de dijk, zoals die bij Hurwenen. Er is, met andere woorden, veel te doen als het om de veiligheid van ons land ‘achter de dijken’ gaat. Daarom wordt daar met man en macht aan gewerkt, in onze regio door het Waterschap Rivierenland.